1941

                                         Omgekomen inwoners 

                                                                Laren


Arrestatie communisten en anarchisten in Laren Blaricum en Eemnes

Eind juni 1941 arresteren de Duitsers landelijk ruim 400 communisten. Geen belangrijke partijleden, maar hoofdzakelijk pamflet- en krantbezorgers. Zij worden naar Kamp Schoorl gebracht. Begin juli 1941 komen daar nog ruim 200 communisten bij. De Duitsers hebben een groot wantrouwen jegens communisten en andere links-georiënteerden. Met hun arrestatie willen zij de politieke invloed van deze groepen inperken. Vele communisten hebben namelijk, al is het binnen de illegaliteit, alsnog grote invloed. Voorbeeld is de door de communisten georganiseerde Februari stakingen. Van de mannen komen ongeveer 200 na korte tijd weer vrij.

De rest gaat na sluiting van Kamp Schoorl vanaf augustus 1941 door naar het toen net geopende Kamp Amersfoort en vandaar naar concentratiekampen in groot Duitsland.

De Larense burgemeester van Nispen tot Sevenaer en inspecteur Boog kregen ook opdracht communisten te arresteren. Een aantal communisten werd gewaarschuwd maar er werd door de larense politie toch een poging gedaan personen te arresteren. In Laren werden op 12 juli1941 gearresteerd het gemeenteraadslid W. van der Veer, L.A. Bayle en W. de Graaf. Niet aangetroffen: Touber, Wouters, van Uden en Overstegen. Onderwijzer J.W. Van Uden was niet thuis maar de Larense politie heeft hem laten arresteren in Baarn bij zijn schoonouders. Er is een poging gedaan Overstegen te arresteren in Utrecht, maar dat is mislukt.

In Blaricum werden toneelspeler Johan Hissink, Nico Smit en Roelof Drent gearresteerd. De Eemnesser H.G.C.A. Zanoli (links georiënteerd juridisch adviseur en Zwitsers ingezetene) werd ook gearresteerd.

‘s Avonds om 23.00 uur waren op het politiebureau aanwezig burgemeester Van Nispen tot Sevenaer, inspecteur Boog, agenten Bosma, Langstraat en Frijters. Ook: chauffeur Jan Majoor met een auto van Van Amersfoort en de zoon van de burgemeester met de auto van de burgemeester, die gebruikt werden bij de arrestaties.

Na de oorlog is er veel onrust ontstaan over de rol van de burgemeester en de inspecteur bij deze arrestaties.

Van de gearresteerden uit de 3 dorpen is alleen De Graaf teruggekeerd uit de concentratiekampen.

De gearresteerde communisten en ook verzetsman van het eerste uur Bartels werden behandeld als "Nacht und Nebel" gevangenen. Nacht und Nebel was een speciale strafklasse tijdens de Tweede Wereldoorlog om verzetsmensen spoorloos te laten verdwijnen. De gevangenen werden barbaars behandeld en moesten meestal op een hongerdieet in steengroeven werken totdat de dood volgde. Ze mochten geen brieven schrijven of ontvangen, de familieleden mochten niet weten waar de gevangenen verbleven en de verwanten werden bij overlijden niet op de hoogte gesteld.

Gerardus van Tiggelen 

Geboren: Puttershoek, 29 september 1920

Overleden: Essen, 3 november 1941

Bereikte de leeftijd van 21 jaar

Beroep: Tuinman    

Heideveldweg 45

Zijn vader Antonius Johannes van Tiggelen en moeder Antonia Maria Adriana Vermunt woonden met hun kinderen op de Heideveldweg in Laren. Het was een katholiek gezin. Gerardus en zijn broer Adrianus waren een tweeling. Hij heeft 7 jaar lagere school gehad. Verder is bekend dat hij wegens broederdienst een vrijstelling had voor militaire dienst. Hij was niet getrouwd. 


Hoe hij in Duitsland terecht is gekomen, kunnen wij tot op heden niet achterhalen. Op zijn overlijdensakte staat dat hij als hulparbeider op 3 november in het Elisabeth Ziekenhuis, Lichtschlagstrasse 3 in Essen is gestorven aan leverbeschadiging.


In november 1941 is zijn stoffelijk overschot naar Hilversum overgebracht. Uiteindelijk is hij begraven op het Sint Janskerkhof in laren. Op zijn grafsteen staat: ‘overleden na een noodlottig ongeval’.


Zie ook:

Gerardus van Tiggelen (locatie onbekend, 29 september 1920 - Essen, 3 november 1941) - Netwerk Oorlogsbronnen 


Maker van het naambordje: Ruud Vermeulen


Rawindro Noto Soeroto 

Geboren: Den Haag, 11 oktober 1918

Overleden: Laren, 23 november 1945

Bereikte de leeftijd van 27 jaar

Gehuwd met: Thea Eland       

Leemzeulder 35 - Julianaoord

Raden Mas Rawindro Noto Soeroto is de zoon van een ooit in Nederland zeer bekend Indonesisch dichter en politicus, Raden Mas Noto Soeroto en Jo Meijer. Hij had een jongere zus: Dewatya en een broer Harindro (Wikipedia).  Rawi richtte tijdens de oorlog met vrienden een verzetsgroep op. Die werd al vroeg opgerold. Rawi belandde in het beruchte Oranjehotel.


“De beschuldigde Noto Soeroto is een vriend van de beschuldigde Eenhoorn, die ook de deknaam Makke heeft (…). Eenhoorn vroeg de beschuldigde Noto Soeroto of hij ertoe bereid zou zijn om mee te werken als tussenpersoon voor de ontvangst van brieven en berichten. De beschuldigde Noto Soeroto zegde zijn medewerking toe. Vervolgens werd de beschuldigde in de volgende periode enige schetsen, tekeningen en berichten toegezonden, in totaal ongeveer zes of zeven keer, gedeeltelijk via de post, en tekeningen gedeeltelijk via een zekere Bakker. Berichten en schetsen over militaire stellingen in Scheveningen, Den Haag. Ook berichten over de productie van belangrijke zaken voor de strijdkrachten in Duitsland. De beschuldigde gaf (…) deze door aan Eenhoorn”.



Een huwelijk in het Oranjehotel - het verhaal van Rawi Noto Soeroto


Rechtenstudent Rawindro (Rawi) Noto Soeroto (1918-1945) wordt in juli 1941 door de Duitse politie gearresteerd. Hij is betrokken bij de spionage verzetsgroep ‘Eenhoorn’ en wordt in het Oranjehotel opgesloten.

In de Scheveningse gevangenis maakt Rawi iets bijzonders mee: hij mag met zijn zwangere verloofde Thea Eland (1919-2011) trouwen. Op 26 oktober 1941 trouwen Rawi en Thea in het kantoor van Leiter Hans Joch. Ook zijn moeder en broertje zijn erbij. Van deze dag is een foto bewaard gebleven.


Na het Oranjehotel komt Rawi in verschillende tuchthuizen in Duitsland terecht. In 1945 wordt hij in Lüttringhausen bevrijd. In dit tuchthuis heeft Rawi TBC opgelopen. 

_________________________________________

Gesproken met zijn dochter Trisnati Noto Soeroto in april 2022

Rawindro (Rawi) was door een rechter veroordeeld tot de doodstraf. In hoger beroep is het omgezet in levenslang. Rawi mocht met 2 zwaar bewapende soldaten nog zijn vrouw en dochter in het ziekenhuis bezoeken. Daarna moest hij zijn straf uitzitten in een strafgevangenis bij Frankfurt. 

Hij werd daar in 1944 bevrijd door de Amerikanen en is in Roermond door de nonnen verzorgd. Hij had een ernstige vorm van TBC opgelopen.

Toen Nederland helemaal bevrijd werd is hij in Laren opgenomen in Julianaoord met TBC.

Zijn vrouw Thea heeft in de oorlog in Amsterdam gewoond. Zij heeft toen bij Juliananoord rondgefietst en zag een leegstaand huisje aan de Noolscheweg.

Na bemiddeling van burgemeester Van Nispen mocht zij daar in met haar dochter (Het huis werd gevorderd). Het was een rietgedekte villa, 100 meter van de weg. Het was een primitief zomerhuis. Een pomp binnen en een pomp buiten. En poepdozen. Er stonden ook potkachels en er was een grote woonkeuken. Het was een rechthoekig huis, het staat er nog. Het had ook een bediende-kwartier en een grote kelder.

Het was van een familie met een oosterse tapijtenhandel (Con & Verdonk). Ze kregen direct inwoning ivm de woning schaarste. Het begon met 3 zeer bejaarde niet Joodse zusters. 2 zijn overleden en de laatste is naar een bejaardenhuis gegaan. Later kwam er een familie Van der Veer wonen.

Na enige maanden kwam Rawi naar huis. Hij was ongeneeslijk ziek en mocht thuis sterven. TBC zat in zijn been en als die op tijd was afgezet had hij prima verder kunnen leven. Na zijn overlijden is zijn vrouw in totaal nog 4 keer hertrouwd.

Trisnati bleef tot haar 21-ste jaar in Laren wonen en ging naar school op de Montessorischool in Laren.


Moeder Thea Eland en Trasnati in de oorlog

Haar moeder was echtgenote van een verzetsstrijder en moest de kost gaan verdienen. En dat was een moeilijke situatie.

Zij kreeg een baan in het Koninklijk Instituut voor de Tropen (Nu Tropenmuseum). Als binnenhuisarchitecte kon ze daar werken. Gedurende die periode werd Trasnati door de weeks ondergebracht in een kindertehuis in Bussum. In het weekend werd ze door moeder opgehaald en ging ze weer naar Amsterdam

Maar het Tropenmuseum werd gesloten door de Duitsers en ze verhuisden naar de Lijnbaansgracht in Amsterdam en kregen daar een etage via het verzet. Het was verbazingwekkend dat ze dat kon betalen, maar er woonden daar meer mensen van het Tropenmuseum. (Het museum was een haard van verzet).

Vermoedelijk werden ze door het verzet onderhouden. Ze werkte niet en ook Trasnati kon thuis blijven.

Het verzet vroeg of er iemand bij hun kon onderduiken. Dat was een jongeman die na een aantal maanden plotseling is vertrokken. Toen werd en weer gevraagd of er iemand kon onderduiken en kwam er een zwangere joodse vrouw, die ook vroedvrouw was. Er kon geen arts gewaarschuwd worden en de bevalling hebben ze zelf met zijn tweeën gedaan.  Het kind was een kind van een ondergedoken Rijksduitser.

Met een neef van deze joodse onderduikvrouw is Thea voor de 2e keer getrouwd.

Zie ook:

Rawindro Noto Soeroto (Den Haag (zh), 11 oktober 1918 - Laren (N.H.), 23 november 1945) - Netwerk Oorlogsbronnen 

______________________________________

Maker van het naambordje: Chris Bogaers en Karen van den Berg


Louis A. Baijle

Geboren: Amsterdam, 4 oktober 1902

Overleden: Hamburg-Neuengamme, 29 januari 1943

Bereikte de leeftijd van 40 jaar

Gehuwd met: Anna Kuit

Beroep: Huisschilder                       

Ericaweg 23

Louis was de zoon van Johannes Baijle (Geb. 1870) en Maria Johanna Nix. Hij werd gearresteerd op 12 juli 1941 en was huisschilder. In 1937 in Laren getrouwd met Anna Kuit.

Hij is 1 van de gearresteerde communisten, anarchisten cq links activistische mensen in Laren. Hij is samen met Van Uden, Van der Veer (gemeenteraadslid), De Graaf, in Eemnes Zanoli en in Blaricum Drent, Smit en Hissink gearresteerd.  

In 1935 verhuisde hij van Lingeskamp 5 naar Kloosterweg 6 en weer terug. In 1936 naar de Ericaweg 23.  Na zijn arrestatie is hij via kamp Schoorl in kamp Amersfoort gekomen. Uiteindelijk is hij op 28 juli 1942 van Kamp Amersfoort via Vught naar Konzentrationslager (KZ) Neuengamme vervoerd.  

Op 29 januari 1943 kwam er een eind aan zijn leven als gevolg van de erbarmelijke omstandigheden daar. Hij overleed aan hartfalen en darmproblemen.


Zie ook:

Louis Adriaan Baijlé (Amsterdam, 4 oktober 1902 - Hamburg-Neuengamme, 29 januari 1943) - Netwerk Oorlogsbronnen 


Maker van het naambordje: Marijke Kaarsgaren

Johannes W. van Uden

Geboren: Amsterdam, 18 augustus 1907

Overleden: Dachau, 26 augustus 1942

Bereikte de leeftijd van 35 jaar

Gehuwd met: Elizabeth Dina van de Woestijne  

Oude Kerkweg 15

Johannes van Uden woonde in Laren op de Oude Kerkweg. Hij was onderwijzer op de Montessorischool in Bussum. Hij was communist en is opgenomen in het archief van de CPN.


Hij heeft zich in de jaren 1936-1937 ingezet voor hulp aan Spanje ivm de Spaanse Burgeroorlog (1936-1939) en kwam hierbij in conflict met Burgemeester Van Nispen die als enige burgemeester in Nederland een film over de Spaanse Burgeroorlog verbood.


Toen Johannes gearresteerd zou worden was hij niet thuis. Volgens zijn vrouw was hij in Baarn. Inspecteur Boog heeft de Baarnse politie gevraagd Van Uden te arresteren op 12 juli 1941.


Op 1 augustus 1942 is hij via Konzentrationslager (KZ) Neuengamme overgebracht naar Konzentrationslager Dachau.  Waar hij op 26 augustus 1942 overleed. De doodsoorzaak was ‘bauchwassersucht oedeme’, wat zoveel betekent als vochtoedeem in beide benen en buik. Als gevolg hiervan is hij gestorven aan hartfalen door uitputting en ontberingen.


Zie ook:

Johannes Wilhelmus van Uden (Amsterdam, 16 augustus 1907 - Dachau, 26 augustus 1942) - Netwerk Oorlogsbronnen 

Maker van het naambordje: Els Bus

Wilhelmus Jacobus van der Veer

Geboren: Laren, 11 juli 1906

Overleden: Oostzee, 3 mei 1945 

Bereikte de leeftijd van 38 jaar

Beroep: Elektricien of Loodgieter               

Oosterend 9

Wilhelmus werd op 1 juli 1925 voorgoed vrijgesteld voor militaire dienst in verband met Broederdienst. Hij was gemeenteraadslid voor “Larensch Volksbelang” en lid van de CPN. Hij werd per 16 juni 1939 als gemeenteraadslid gekozen. Opvallend is dat Van der Veer in het verslag in de BEL van 2-5-1941 nog wordt genoemd, maar in het verslag op 1-7-1941 van de gemeenteraadsvergadering niet meer wordt genoemd. Hij is op 12-7-1941 gearresteerd. (Per 1-9-1941 worden de oude gemeenteraden in Nederland opgeheven).


Van der Veer maakte zich binnen het gemeentebestuur bv sterk voor een Badhuis in Laren (arbeiderswoningen hadden toen nog geen badgelegenheid) en hogere salarissen voor gemeentepersoneel. Een badhuis was er wel in de plaatsen om Laren heen, maar het gemeentebestuur en gemeenteraad vond het niet echt nodig. Na de oorlog is er wel een poging gedaan een badhuis te maken bij het toenmalige zwembad. 


De Larense gevangenen werden vanuit kamp Schoorl naar KZ Amersfoort overgebracht. 

Wilhelmus van der Veer is op 13 december 1941 getransporteerd naar Konzentrationslager (KZ) Neuengamme. Toen de bevrijders de kampen naderden werden deze ontruimd en het kamp verder bevrijdt op 17 april 1945. Tussen 18 april 1945 en 26 april 1945 is Van der Veer getransporteerd van Neuengamme naar de Lübeckerbocht.  Uiteindelijk werden de vrijgelaten gevangenen op een schip geplaatst (Cap Arcona) samen met een groot aantal SS’ers. Dit schip werd door de geallieerden getorpedeerd. Hierbij is Van der Veer omgekomen.

__________________________________________________

Tragisch: Willem van der Veer had zelf 2 schilderijen geschilderd, waaronder zijn zelfportret en die heeft hij op zijn laatste verjaardag thuis, dus de dag voor hij 's-nachts werd opgepakt aan zijn vrouw gegeven met de woorden: mocht er iets gebeuren dan heb je in ieder geval mijn kop nog. Niet wetende dat het zo snel zou zijn. 


Zie ook: 

Wilhelmus Jacobus van der Veer (Laren, 11 juli 1906 - Lübeckerbocht bij kdo. Neustadt, Neuengamme, 3 mei 1945) - Netwerk Oorlogsbronnen 


De ramp met de Cap Arcona | Stichting Vriendenkring Neuengamme

https://www.vriendenkringneuengamme.nl/neuengamme/de-ramp-met-de-cap-arcona/


Maker van het naambordje: Hans van Deuren

Johan Bartels

Geboren: Bergen op Zoom, 11 mei 1890

Overleden: Dachau, 24 april 1945

Bereikte de leeftijd van 54 jaar  

Bijenstand 1

Johanna Antonia Maria Bartels - Striethorst

Geboren: Amsterdam, 26 maart 1886

Overleden: Ravensbrück, 29 januari 1945

Bereikte de leeftijd van 58 jaar        Bijenstand 1   

Het echtpaar Bartels woonden op de Bijenstand. Zij voerden als een van de eersten verzetsdaden tegen de bezetters. 


Johan Bartels, diepgeworteld in het Larense verenigingsleven, is als oud-officier al vlak na de Duitse inval in mei 1940 betrokken bij een van de eerste grote verzetsgroepen in Nederland. Na zijn arrestatie in 1941 verdwijnt hij als ’Nacht und Nebel’-gevangene naar de Duitse concentratiekampen Buchenwald, Natzweiler en Dachau. Op 2 maart 1944 werd hij van Buchenwald getransporteerd naar Natzweiler en op 7 september 1944 werd Bartels overgebracht van Natzweiler naar Dachau vanwege de oprukkende geallieerden samen met Wiardi Beckman en Bib van Lanschot de bankier. 

De 54-jarige Johan Bartels sterft dan op 24 april 1945 in concentratiekamp Dachau, waar het Amerikaanse leger op 29 april binnenrijdt. Zijn stoffelijke resten zijn in een massagraf teruggevonden. Hij is in 1959 herbegraven op het nationaal ereveld in Loenen.


Annie Bartels-Striethorst ging door met het verzet en werd op 16 februari 1944 samen met haar onderduikers het echtpaar Kurt en Ella Schöndorff, Edgar Weinberg en het echtpaar Walter en Sophia Kattenburg op 16 februari 1944 op de Bijenstand gearresteerd. Ella Schöndorff-Meijer, wist te ontsnappen.


Maker van het naambordje: Hans van Deuren

Transportinformatie Natzweiler naar Dachau 7-9-1944. Van Buchenwald naar Natzweiler 2 maart 1944. Informatie via Sonja Holtz. 

Natzweiler was het enige Duitse concentratiekamp op Frans grondgebied in de Elzas.

Op 28 juli 2024 zijn er Struikelstenen onthuld voor de heer en mevrouw Bartels en voor de onderduikers die hier zijn opgepakt en in de kampen vermoord.


Zie voor de beschrijving : Herinnerings bomen Laren - Onderduikers     Bij Bijenstand 1

Toespraak bij de onthulling van de “Stolpersteinen” bij de Bijenstand op 28 juli 2024, door Marijke Broer van Dijk-van der Hulst, kleindochter van de heer en mevrouw Bartels

Wij willen graag de Stichting Stolpersteine Laren Blaricum Eemnes bedanken voor de uitnodiging voor de onthulling van deze 5 Stolpersteinen. Maar vooral wil ik Lidia, Joyce en Ed bedanken voor hun initiatief en georganiseer dat nu geleid heeft tot deze gebeurtenis vandaag. Ik wens Lidia heel veel sterkte en hoop dat ze snel weer herstelt en weer fijn naar huis kan.

Ik zal mezelf even introduceren. Ik ben Marijke, de kleindochter van Jan en Annie Bartels. Mijn moeder was Mia van der Hulst-Bartels, een van de twee dochters, de andere dochter van Jan en Annie was mijn tante Els Bartels. Mijn moeder en tante Els vertelden ons vrij veel over vroeger, hoe hun jeugd was, maar ook over hun huis de Bijenstand in Laren.

De beide dochters hadden een gelukkige jeugd, hetgeen ook te zien is in de fotoalbums die beiden hadden.

Uit de verhalen was op te maken dat mijn opa veel humor had zoals alle Bartelsen. Zet een stel neven Bartels bij elkaar en ze hadden de grootste lol, maar ook de dames deden volop mee. Mijn opa was een bezig bijtje. Altijd druk aan het organiseren, zeer sportief en in voor een geintje. Mijn tante Els trok veel naar haar vader en leek uiterlijk ook veel op hem.

Mijn moeder trok meer naar haar moeder. Oma Annie was rustig, met beide benen op de grond. Altijd klaar staand voor een ander. Ook ingegeven door haar geloof. Maar geen geloof in gouden bordjes en lepels en vorken in de hemel, zei mijn moeder altijd. Daar geloofde ze echt niet in. Maar ze had wel humor, kon van grapjes genieten maar ze was niet zo uitbundig in haar uitingen.

Mijn moeder leek uiterlijk heel veel op haar moeder toen ze ouder werd, en ik lijk steeds meer op mijn moeder, dus blijkbaar ook mijn oma Annie.

Ik heb het gevoel dat ik zowel opa Jan als oma Annie toch heb leren kennen, juist omdat hun dochters zoveel op hen leken.

Een begenadigde jeugd, als je bedenkt hoe die tijd was. Opa Jan en Oma Annie waren vooruitstrevend voor die tijd. Denk maar aan het feit dat hun dochters mochten studeren als ze wilden. Hun vooruitstrevendheid hebben ze doorgegeven aan mijn moeder en zij weer aan ons. Wij hopen dat wij dat ook weer door gegeven hebben aan onze kinderen.

Nadat mijn opa Jan was opgepakt op 26 september 1941 kwam mijn moeder weer thuis wonen in de Bijenstand. Zij ging toen werken bij de apotheek in Laren als apothekersassistente. Mijn opa zat al in het verzet in augustus/september 1940, welk verzet hij zelf had opgezet. Eerst werd hij vastgezet in Scheveningen in het Oranjehotel. Daarna werd hij gedeporteerd naar Durchgangslager Amersfoort. Hier mocht hij alleen 1x per maand een brief schrijven en ontvangen, geen wasgoed meegeven om te wassen thuis, geen pakketten. Laatste brief van opa Jan was 15 maart 1942 uit kamp Amersfoort aan oma en zijn dochters.

In november 1942 werd hij gedeporteerd naar KZ Buchenwald. Hij werd daar tot de Schutzhäftlingen gerekend. Op zijn registratie stond een stempel met “Nacht und Nebelerlass”. ((Nacht und Nebel was een speciale strafklasse tijdens de Tweede Wereldoorlog om verzetsmensen spoorloos te laten verdwijnen. De gevangenen werden barbaars behandeld en moesten meestal op een hongerdieet in onder andere steengroeven werken totdat de dood volgde. Ze mochten geen brieven schrijven of ontvangen, de familieleden mochten niet weten waar de gevangenen verbleven en de verwanten werden bij overlijden niet op de hoogte gesteld.))

In maart 1944 werd hij gedeporteerd naar KZ Natzweiler.

Begin september 1944  werd hij gedeporteerd naar KZ Dachau. Hij is op de leeftijd van 54 jaar overleden in het KZ Dachau in de ziekenboeg op 24-04-1945, paar dagen voor de bevrijding van het kamp (officiële bevrijding op 29-04-1945). Op 26-08-1959 werd opa Jan herbegraven in Loenen.

 

Oma werd opgepakt op 16-02-1944 vanwege het verbergen van Joden in haar huis. Eerst heeft ze in de gevangenis aan de Amstelveenseweg vastgezeten. Eind april 1944 werd ze overgebracht naar KZ Vught. Zowel in Amsterdam als in Vucht mocht ze pakketjes en brieven ontvangen. Tante Els is daar geregeld heen geweest.

Als je de brieven van oma Annie leest, valt op dat oma Annie altijd de bezorgde moeder is gebleven. Maar ook aandacht bleef houden voor vrienden en kennissen. Heel af en toe schrijft ze iets over zichzelf. In Vucht is ze op gegeven moment veranderd van blok, nu naar een blok waar van alle vrouwen boven de 50 jaar bij elkaar gezet werden en alles samen moesten doen, slapen, eten, aankleden, wassen etc. Daar schrijft ze bij ”Hadden jullie dit van mij kunnen denken?”  Mijn moeder vertelde dat ze zich dit inderdaad niet had kunnen bedenken. Oma was altijd heel preuts.

Begin september 1944 werd ze van Vught gedeporteerd naar KZ Ravensbrück. Vanuit dit kamp hebben mijn moeder en tante Els nooit brieven gehad. Ze overleed op de leeftijd van 58 jaar op 29-01-1945, waarschijnlijk door uitputting.

 

Als je zelf deze leeftijden bereikt ga je er nog meer bij stilstaan, hoe ze in de bloei van hun leven zijn weggerukt. En wat moet dit allemaal hebben betekend voor die twee meiden, vlak na de oorlog, deze hele vervelende berichten.

Wij zijn supertrots op onze opa Jan en oma Annie, maar ook supertrots op hun twee dochters, die ondanks het oppakken van hun ouders doorgingen met het verzet. Ze hebben in het laatste jaar een knokploeg als onderduikers gehad, die sabotage uitvoerden als voorbereiding op de bevrijding. Tante Els was ook koerierster.

 

Na het boek Das Frauen-Konzentrationslager Ravensbrück (geschreven door Alyn Bessmann en Insa Eschebach) gelezen te hebben in 2014, vatte bij mij het plan om daar ook een keer heen te gaan, als eerbetoon aan mijn oma Annie, en namens haar dochters, die het kamp nooit hebben willen bezoeken, dat deed hen te veel pijn. Wij zijn als gezin begin juni dit jaar naar Ravensbrück geweest en hebben daar bloemen alsook een hele mooie krans bij het monument gelegd.

Toen ik daar op de appèlplaats liep moest ik denken aan al die herinneringen uit het boek Ravensbrück van Sarah Helm. Dit boek had ik gelezen begin dit jaar. Toen ik het uit had heb ik wel gezegd dat ik blij was dat zowel mijn moeder als tante Els dit nooit hebben gelezen.

Toen ik daar liep bedacht ik nog hoe mijn oma Annie daar ook gelopen moest hebben.

Ik hoop dat in de toekomst alle mensen die hier straks lopen ook gaan denken aan de mensen die op deze Stolpersteinen staan. Aan hun geschiedenissen. Dat die nooit meer vergeten zullen worden.


De andere toespraken bij de onthulling van de struikelstenen worden genoemd bij de HerinneringsbomenLaren - Onderduikers

  Herinnerings bomen Laren - Onderduikers